Tuinadvies LD 17 meiOp maandag reageer ik onder de noemer “Kort Leidsch” op een artikel dat afgelopen week in een van de Leidse media heeft gestaan. Een artikel dat mij bezig hield, prikkelde of omdat het zo mooi Leids is dat extra genoemd moet worden. Of gewoon omdat ik mijn mening wil geven over het nieuws! Deze week het korte bericht Opnieuw gratis tuinadvies (bron; Leidsch Dagblad, 17 mei)


Stel je bent ondernemer en hebt een ijssalon in het hartje van onze stad. Voor dag en dauw sta je op om het lekkerste ambachtelijke ijs te maken dat er in Leiden te krijgen is. Dat moet voor openingstijden van de winkel, want handjes die je helpen zijn er niet. Je runt de winkel immers alleen. Het belooft een drukke dag te worden. De thermometer tikt zomerse waarden aan en dus zal het rijen dik staan van mensen die een koele versnapering bij je komen halen. En rijen dik betekent een goede omzet en ook die kan je goed gebruiken. Niet alleen stond de ijsverkoop tijdens de koude wintermaanden op een laag pitje, tevens kunnen de rekeningen die liggen worden voldaan. Bovendien tikken de vaste lasten en de gemeentelijke heffingen gewoon door. Een goede zonnige dag komt dus als geroepen! Hoe zou jij je als ondernemer voelen als je op het moment dat je je winkel opent ziet, dat de gemeente op het Stadhuisplein ambachtelijk gemaakte biologische ijsjes gaat uitdelen om duurzaamheid te promoten? Nou? Inderdaad: pislink! Ik kom op dit voorbeeld terug.

Tijdens de afgelopen raadsperiode heb ik als woordvoerder Economie meerdere malen een punt gemaakt van het feit dat de aandacht voor ondernemerschap en bedrijvigheid wat mij betreft te vaak naar ‘de andere kan van het spoor’ gaat. Naar het Bio Science Park wel te verstaan. Begrijp me niet verkeert: het Bio Science Park met al zijn innovatieve en kennisintensieve bedrijvigheid is belangrijk voor de stad. Nog los van het feit dat het goed past bij het imago van Leiden als stad van kennis, levert het Bio Science Park de stad simpelweg veel werkgelegenheid op. Niet alleen op het park, maar ook er buiten. Cateraars, koeriersdiensten, taxibedrijven, ook die profiteren van de aanwezigheid van het Park. Geen kwaad woord over het Bio Science Park dus. Wat mij betreft had de aandacht voor de Leidse bedrijvigheid echter wel wat evenwichtiger verdeeld mogen worden. Ook aan de Rooseveltstraat, aan de Amphoraweg en op bedrijventerrein De Merenwijk zijn bedrijven gevestigd. Ook zij zijn onderdeel van de Leidse banenmotor. Ook zij houden de Leidse economie draaiende. Zij komen er wat betreft aandacht, maar ook zeker wat betreft middelen die er geïnvesteerd worden in de gebieden bekaaid van af. Zie hier het gebrek aan evenwicht.

Een voorbeeld van een 'versteende' tuin

Een voorbeeld van een ‘versteende’ tuin

Terug naar het voorbeeld van de ijssalon en het uitdelen van ambachtelijk gemaakte biologische ijsjes. Het stimuleren van ondernemerschap doe je niet alleen in woord, maar ook in daad. Dat heeft te maken het feit dat de gemeente moet kunnen begrijpen waar een ondernemer zoal mee bezig is. Waar hij zoal tegenaan loopt. Inzien dat ondernemen geen makkie is. Dat ondernemers er keihard voor moeten werken. En dat een gemeente die onnodige obstakels opwerpt, belemmerend werkt voor de onderneming. Stel je hebt een hoveniersbedrijf of je bent tuinarchitect en je moet uit de krant lezen dat de gemeente Leiden Leidenaren gratis advies gaat geven over het inrichten van een tuin. Gratis, terwijl jij genoodzaakt bent er kosten voor te rekenen omdat je er ook kosten voor maakt. ‘Ja maar’, hoor ik u denken, ‘de gemeente wil alleen maar dat mensen bewust met de inrichting van een tuin bezig zijn en dat ze er niet zoveel stenen in leggen’ (lees: het uitdelen van dat ambachtelijke, biologische ijsje uit het voorbeeld). Heel sympathiek van de gemeente natuurlijk, maar daar kan je ook een mooi foldertje van maken. Leidenaren adviseren over de inrichting van een tuin is geen taak van de gemeente. Dat is een taak voor één van de vele goede hoveniersbedrijven en tuinarchitecten die Leiden rijk is. Een goede gemeente voelt dat aan, maar helaas ontbreekt  dat gevoel voor ondernemerschap bij de gemeente maar al te vaak.